Arles, mijn thuis… en eerdere levens; Santiago komt dichterbij

11 november. Dag 88 B&B Madame Mariëlle Tourist Office Mouriès – Hotel Première Classe Arles 16,5k Totaal 3.278,5k.

Ik heb geslapen als een marmot. Het landhuis staat op een verlaten landgoed en heeft dikke luiken waardoor het aardedonker en doodstil is.

Met stramme poten strompel ik de trap af, tot grote hilariteit van mijn gastgezin. Ik moet denken aan de mooie biografie van André Agassi ‘Open’ waarin hij uit de doeken doet dat hij ieder dag uit bed rolt, zich op een matje laat vallen en dan een uur Yoga moet doen, voor hij überhaupt kan functioneren. Ik ben André Agassi. Als ik thuis ben. Hier is het erger. Ik merk dan ook grijnzend op dat ik altijd eerst een uurtje moet warmlopen.

Daar heeft de vader van Mariëlle geen last van. We hebben een mooi gesprek. Hij is zijn vrouw verloren, maar heeft nog zijn fijne waakhond. Mist echter de aanspraak die hij voor corona had. Ik snap zijn oerdrang naar rust op dit landgoed, maar ook de behoefte aan verbinding. We zijn autonome mensen en staan graag aan het roer terwijl coronakrachten aan de poort rammelen. Het frustreert en maakt moedeloos.

Hij is over de tachtig en wil even twee populieren onttoppen en met de trekker verwijderen. Ja, dat is best link werk, en iedereen zal zeggen dat je dat met tachtig niet moet doen. Maar hij doet wel meer waarvan men zegt dat je dat niet moet doen. Wij snappen elkaar, leven buiten lijntjes. Ik mag hem. Ik mag ook zijn onzekere, angstig blaffende hond, die in de kern een schatje is.

Ondanks mijn stramme lijf, toch weer zin om op pad te gaan vandaag. Altijd is er die nieuwsgierigheid naar hetgeen zich achter de volgende bocht verschuilt. Het blijft maar voortduren. Ik ben goed in pelgrimeren, denk ik. Het komt omdat ik in een vorig leven pelgrim was. Er is de wederkerende droom van de pelgrim in mij die door de Spaanse binnenlanden trekt in witte pij met touw om de middel en rieten hoed. Ik lees ergens: ‘Een pelgrim is iemand die zich losmaakt uit zijn vertrouwde omgeving en deze achter zich laat. Hij betreedt een soort niemandsland, neemt een time-out. Hij gaat op weg en weet in zijn achterhoofd dat hij op weg is van geboorte naar dood. Hij is in wezen een voorbijganger, een passant zonder vaste woon- of verblijfplaats. Gaandeweg is een pelgrim op zoek naar wie hij is en welke richting hij heeft te gaan. Zijn levensverhaal wordt opnieuw overdacht en gerangschikt. Hij is op zoek naar inzicht en uitzicht, naar aanvaarding en verzoening. Hij vraagt naar het Geheim dat zijn leven omvat en draagt… Een pelgrim vertraagt zijn tempo, neemt de dingen onderweg zoals ze komen en beleeft het leven stap voor stap’. Ik kan dat. Sterker nog: Zelden voelde ik me zo levend en niet voor niets zei ik tegen Leander dat ik hier altijd alleen ben, maar zelden eenzaam.

Zo heb ik het gevoel dat ik Arles al ken. In vorige levens ben ik er doorheen getrokken. Een kruistocht? Ik heb hoge verwachtingen van de stad. Ik ben er nooit geweest, maar het is niet nieuw. Het voelt niet open, eerder bekend.

Een interessante vraag, of je gelooft in vorige levens. Ik twijfel nog, en toch hoor ik hier, nu in Arles, meer thuis dan in Leiden waar ik 25jaar woonde, of zelfs Nederland.

Ik lees een mooie passage in het boek De zin van het leven van Fokke Obbema. Hij was tijdelijk dood na een hartstilstand en vroeg bekende mensen naar de zin van het leven. Het medium Maria Riemen zegt daar mooi: ‘Alle mensen zijn hier om dezelfde reden. Je wordt geboren om je ziel te ontdoen van de schillen die eromheen zitten. Die moet je opruimen want dan kun je in een hogere laag van bewustzijn terechtgekomen. Dat gaat via reïncarnatie. Wanneer je in de hoogste, zevende laag bent belandt, ben je bij de kern… Dat zie ik als het grootste geluk, want zo leuk is het hier niet. Er is geen gerechtigheid op aarde. Die is er gelukkig wel aan de goddelijke kant…’ Een interessante visie (vanuit hogere echelons), die ik wel een warm hart toedraag.

Ergens ben ik goed in het dragen van enig zelfverkozen lijden. De pelgrim ziet af, dag-na-dag. Ik doe dat met plezier en het kost me weinig moeite het iedere dag weer te doen. Er huist een lichte masochist in mij.

Ergens is het ook een zeer bevrijdend inzicht voor de rest van het leven. Er is niet meer nodig dan een gekreukeld huishouden dat zich vertaalt in een rugzak van acht kilo. Als dat alles is dat je nodig hebt en je kunt overleven bij temperaturen rond het vriespunt, biedt dat ruimte.

Eenmaal thuis zal ik een huis moeten kopen of huren en dat brengt lasten mee. Zelfverkozen lasten versus zelfverkozen lijden. In het eerste heb je weinig keuze, het wordt gedicteerd door de maatschappij, het tweede is aan jou. Of word ik nu abstract?

In goed Nederlands: ik heb niet veel behoeften, maar een minimaal bestaan in Nederland kost zomaar aardig wat en brengt dus verplichtingen met zich mee. Doe mij maar een Tiny House met moestuin, regenton, zonnepanelen en composttoilet. Probleem is dat niemand dat wil, er wordt geen geld meer aan mij verdiend.

Dat gezegd hebbende, word ik door mijn gastgezin meegenomen. We gaan terug naar mijn krijtstreepje bij het office du tourisme. Onderweg gaat echter de workaholic los in Mariëlle. Ik merkte op dat de Via Aurelia niet zo spectaculair was en nu zullen zij en Jean-Christophe wel even laten zien hoe het echt zit.

Ik word meegenomen naar Les Baux dans Provence en kijk mijn ogen uit. Een spectaculair landschap van rotsen, kliffen en panorama’s. Ik snap dat hier films worden opgenomen (met mijn Jean Reno). We eindigen op een Balcon met uitzicht op de zee, en aan de andere kant de Mont Ventoux. Ik krijg een rondleiding van het beste Tourist Office van heel Frankrijk. Waarom gebeurt mij dit? Hoe dan?

Ik word afgezet bij de krijtstreep. Volgens mijn informatie is het 9,9k naar Arles. Ik heb de tijd. Via molens meander ik door bossen. Drie keer verlies ik de route maar alle wegen hier leiden naar Arles .

Mooi is het niet. Voor mijn gevoel eindig ik een etappe van honderden kilometers in Arles maar zoals vaker ploeg ik langs een provinciale weg tegen het verkeer in. Echt? Kon je geen weilandje vinden?

Mijn weg is geen fijne. Kilometers langs… Een N-weg vermomd in een single track van kilometers. Een grap, een paadje tussen hek en weg meanderend op een breedte van vier meter. Dit is niet hoe je Arles wil inlopen.

De stad is… voor mij bekend en totaal mellow. I was here before. Driehonderd jaar terug. Totaal ontspannen wandel ik hier rond.

Ook de constatering dat Europa heel klein is, dat het allemaal te belopen is, dat Arles en Nice ook maar gewoon stadjes zijn. Dat we allemaal samen de wereld kunnen redden, we are all one…

En zo zit ik tussen zwalkende, zwijmelende alcoholisten mijn blog te tikken. Arles is hip en telt vele ateliers en eigentijdse bars. Niets herken ik van de film terug. Morgen ga ik weer door naar Nimes en ook dat ken ik uit mijn dromen. Ik was vroeger een ridder alhier…

Het is vreemd. Ik ben thuis. Wat gaat dit me brengen voor de komende dagen?

Mijn onderkomen past niet. Één ster. Een Formule-één-hotel op een industrieterrein. Niks doet het…; Airco, slot op de deur, verwarming, stopcontact… En toch heeft deze pelgrim zijn lol… Het wordt steeds intiemer, hij komt terug bij zijn kern. Santiago…

Eén reactie op “Arles, mijn thuis… en eerdere levens; Santiago komt dichterbij”

  1. De inspirator van de inspirator…
    De lijnen zijn uitgezet
    Voorouders – kwantum fysica – energie – parallelle universum
    Zet al je zintuigen in
    Wat laat en herkent je Brein
    Wat voelen je vezels

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Maak een website of blog op WordPress.com

%d bloggers liken dit: