Via de Zwitserse Cote d’Azur naar een eigen huisje in de storm

5 oktober. Dag 51. Residence Jungfrau Interlaken – Pilgerhaus Blumenstein 43k Totaal 2.038k.

Heerlijk bed en een slaapzaal voor mijzelf. Het slaapt uitstekend. Ook is er een keuken met waterkoker. Dus koffie. En koffie. En koffie.

Het miezert buiten. Als ik vertrek loopt de schoonmaakster met lange tanden naar buiten met een kussen en dekbed in haar handen, die in handschoenen zitten. Spannend, wat is daar gebeurd?

De route voert me Interlaken uit langs de Thun en naar de Thunersee. Het water is niet zo azuurblauw als in de Brienzersee, alhoewel het water? Een andere ondergrond doet het water anders oplichten.

Er loopt een prachtig pad langs de oever en mensen laten ontspannen hun hondje lopen en joggen langs de waterkant. Er staat een windje en door de nevels kun je de overzijde nauwelijks ontwaren.

Water vertraagt. Ik zie het overal waar ik kom. Dat gezegd hebbende, een interessant onderzoek naar loopsnelheden. We zijn het afgelopen decennium over de hele wereld gemiddeld tien procent harder gaan lopen. Singapore staat boven aan de lijst van snelst wandelende steden, met een gemiddelde snelheid van 6,24 kilometer per uur: maar liefst 30 procent sneller dan tien jaar terug. Utrecht staat op de negende plaats, vlak achter New York (bron: Psychologie Magazine, december 2007). Het onderzoek is van een tijd terug, dus de snelheden zullen nog weer zijn toegenomen tenzij corona dat heeft verijdeld.

Stefan Klein schrijft in zijn boek Tijd dat wanneer een sneller tempo in de maatschappij eenmaal gewoon is geworden, het nauwelijks nog kan worden vertraagd. Hij legt uit dat snelheid verslavend werkt. Het dagelijks gejaag en de stroom van indrukken brengen ons in een toestand van voortdurende stimulatie, waardoor we ons alert voelen. We staan altijd aan.

Hoewel we vaak achteraf niet precies kunnen aangeven wat we nu eigenlijk allemaal bereikt hebben met dat haasten, toch voelen we ons geweldig nuttig en efficiënt door alle snelheid. Petra Megens, trainer, coach en auteur van het boek Knetterdruk, schrijft dat druk zijn de illusie geeft dat je de situatie meester bent. Als control freak herken ik volledig wat ze zegt, tegelijk heeft corona me met de neus op de feiten gedrukt: het is allemaal niet zo belangrijk en als je niet zo druk bent of doet, wordt het leven best aangenaam.

De tips die beide auteurs geven, zitten op de lijn van focus, één ding tegelijk doen en dat ook afmaken. Hang een bordje niet ‘storen’ op je deur. Vooral ook pauze nemen. Oops, wat is dat? Is het raar dat ik altijd in mijn hoofd zat na een dag druk doen…?

Toch zit er nog een adder onder het gras. Amerikaanse onderzoekers vonden dat ons gevoel van tijdsdruk gelijk opgaat met een toename van het aantal manieren om ons te vermaken in de vrije tijd. Zelfs als we minder tijd hoeven te besteden aan werk en huishouden. De consumptiemaatschappij van keuzes leidt tot een gevoel van gejaagdheid om de dingen die je niet kunt doen. FOMO noemen we dat met een hippe term. De angst dat je een feestje mist.

Een van de onderzoekers David Ackermann merkt op dat je in een afgelegen streek waar weinig te doen is, vaak harder werkt, maar het leven voelt minder gehaast. het sluit aan bij een eerdere blog waarin ik schreef dat mensen bovenin het Aostadal de gelukkigste waren, zo bleek uit een onderzoek. Als je van veel dingen geen weet hebt, mis je het ook niet en geeft het dus ook geen onrust.

Ziedaar het adagium dat we in één woord minimalisme noemen. Houd je leven simpel, maak het kleiner, sluit je wellicht af voor de verleidingen die je ervaart door social media. Doe een paar dingen, maar doe ze net liefde en aandacht, sprak de pelgrim wijs.

Leestips
Tijd, een gebruiksaanwijzing. Stefan Klein.
Knetterdruk werken in deze hyperactieve tijd. Petra Megens.

Ik ren naar Merlingen via de oevers van de Thunsee. Ik merk op dat een pelgrimstocht door Europa een reis van de zintuigen is. In het Sauerland noemen ze het wandelpad de Rotharsteig mooi De Weg der Sinnen. Ik hoor de tuien tegen de masten van zeilboten slaan, de wind brengt geuren mee, hier in de bergen overal de geur van hout gestookt vuur die ook zo kenmerkend is voor het Sauerland waar ik veel tijd spendeerde. Als ik door een oud dennenbos loop de geur van natte dennennaalden die doet denken aan zomervakanties in Zuid-Frankrijk in de jeugd, toen je wakker werd in je kleine tentje en daar met je neus in lag. Nu met de herfst de verrukkelijke geur van humus, rottende bladeren. ’s Morgens ruik ik al voor een dorp of er een Konditorei aankomt waar ze vers brood hebben. Heerlijk vind ik de geur van houtsnippers en zaagsel bij houtfabrieken; er schijnt badschuim te bestaan van die geur, ik ga het kopen als ik terug ben. Ik kijk uit naar zilte zeelucht als ik bij Monaco op de Middellandse Zee stuit. Misschien nog even de geur van zonnebrand al zal het te laat in het seizoen zijn, een geur die zoveel jeugdherinneringen via de neus doet opborrelen in het brein. Geuren, ik houd ervan.

Merlingen brengt een koffietentje waar een allerliefste dame me goedemorgen wenst en een Milchkaffee voorzet. Ze vraagt wat ik doe en komt even later met drie warme appelbeignets aanzetten. De kokkin heeft medelijden met me als ze hoort wat ik doe, de schat. Als ik afreken staan beide dames bezorgd me succes te wensen. Ik ben verguld.

Met de pont vaar ik over naar Spiez. Als ik aankom, blijkt het de Zwitserse Cote d’Azur te zijn. Een pittoreske baai met oude kerk op een bult, sjieke hotels als het Marina, een kleurrijk haventje, wijnranken en talloze chalets die alle met de snufferd naar het meer staan. Bij de kerk een stempel voor mijn paspoort en de dame achter de kassa maakt een buiging voor me. De zon laat zich zien. Ik kan dat wel, Cote d’Azurren.

Ondertussen contact met vriend Carlo die in Quillestre in Frankrijk heeft gewoond. Ik heb nog geen omlijnde route van Genève naar Monaco. Met Carlo volbracht ik in 2003 expeditie Terug naar de Oorsprong in dat gebied. We liepen met zes probleemjongeren van de Middellandse zee naar de hoogste gletsjers. Ze moesten een flesje water uit de zee vullen en dat terugbrengen naar de gletsjer. Een mooie metafoor, ondertussen brachten we hen tijdens de expeditie terug naar hun oorsprong. Het lijkt me leuk om deze route nu in omgekeerde richting te lopen. Carlo schetst hem uit en daarmee is er een soort van plan via St Paul, de Col d’Allos en Colmars.

Via de wijnranken klim ik Spiez uit. Ik zou eigenlijk verderop weer moeten afdalen als ik nog een supermarkt wil treffen. Ik besluit het erop te wagen, alles komt altijd goed, linksom of rechtsom. Ik heb nog Tucjes, chocolade, reepjes en twee koekjes. Dat zou daarmee ook mijn avondmaal worden.

De reden is dat het na Spiez een stuk rustiger wordt. Het Berner Oberland bestaat hier uit wat verspreide boerderijen en naast de Stad Thun die 50.000 inwoners kent, gebeurt hier weinig.

Ik loop maar gewoon door ondanks de dreigende wolkenluchten. We zien wel waar het schip strandt. Onderweg een oude boerderij waar een oude dame appels en peren aan een oude man verkoopt. Ze heeft een jerrycan met appelsap en je mag voor 1 Frank een glas pakken. Ik lurk in seconden twee glazen weg en trippel door.

De luchten worden steeds dreigender. In eerdere gebieden veel stallen, grilhutten of campings. Hier niks. In Blumenstein mijn boekje erbij. De camping is dicht evenals het aansluitende Matrassenlager. Er is nog een Pilgerunterkunft Blumenstein. Op goed geluk bel ik en krijg Stefan aan de lijn. Het is 20 uur, hij is wat overvallen. Hij heeft een bed, maar het is niet verwarmd. Of dat oké is? Yahhh! Alles beter dan mijn natte tent ergens opzetten in het donker in de regen.

Helaas is het 1,4 kilometer van de route afklimmen maar ik heb het er graag voor over. Stefan blijkt een ontzettend aardige kerel. Ik krijg een heel huisje met stapelbed, zitbankje en picknicktafeltje. Er liggen dekens en er is koffie en thee. Weer een paradijsje dat zich aandient. Gelukkig maar want als ik een uurtje met Stefan klets en naar mijn huisje loop, blijkt er een hevige storm opgestoken te zijn. De wind buldert huilend om mijn schattige optrekje. Waarom komt uitgerekend met storm dit 🏡 de weer op mijn pad…?

Stefan heeft nog een lekker bak koffie en een biertje en dat doet goed na Tucjes, chocolade en koekjes. Hij blijkt een controller die songtexten schrijft, een goochelaar met woorden. Ik vraag meteen zijn website maar zijn teksten zijn in Schweizeralgebra (https://www.item.cafe/ ) dus zijn CD maar besteld. Hij is lekker eigenwijs en heeft een eigen website geknutseld en weigert muziek voor de massa te maken. Ik heb een heerlijk aandenken. Hij vertelt nog dat hij hier een dame had van 83 die ieder jaar 1.000 kilometer loopt. Zoveel mooie verhalen op het pad van de pelgrim.

Hij moet morgen vroeg werken maar we spreken af dat ik nog een keer terugkom om hier wat bergen te beklimmen.

Ondanks het feit dat ik wel Duits lees ontdek ik tot mijn euforie in mijn huisje twee Engelstalige boeken, Short Stories en Letters from the desert, die ik helemaal ga verslinden. De laatste trekt meteen mijn oog nu de Marathon des Sables bezig is. Tot mijn spijt moet vriend Bram vandaag uitstappen na een tweede infuus. Hij verteert de hitte niet goed en deze zomereditie kent blijkbaar extreem hoge temperaturen.

Er is iemand overleden aan een hartaanval. Dat zou je aan de extremiteit van de race kunnen wijten, maar het is in 35 edities met vaak 1.000 deelnemers nog maar drie keer gebeurd. Waarschijnlijk was het ook gebeurd als ze niet hadden deelgenomen… Verdrietig is het.

Bram stuurt me gelukkig een foto waarop hij aan een biertje lurkt in het zwembad in Ouarzazate. Dat is het met avontuur, het heeft een open einde. Gaaf dat hij het geprobeerd heeft!

Niet iedereen kan de hitte aan. Ieder lijf heeft ander zweetgedrag. Sommigen kunnen hun warmte niet kwijt anderen zweten te hard en kunnen niet bijdrinken. Velen krijgen last van overgeven en diarree en dan raak je in de problemen. Je krijgt dan van de organisatie wel 10 liter water maar je lijf krijgt steeds meer moeite dat op te nemen. Er ontstaat een verschil tussen ingenomen en opgenomen vocht dat je zo klein mogelijk moet zien te houden. Zout zorgt dat je darmen in stand blijven en niet schoonspoelen en daarmee geen vocht meer opnemen.

En toen hield mijn internet op omdat die K..provider T-Mobile na je bundel alles dichtknijpt. Ik wil zo snel mogelijk weer Vodafone of iets anders. Die minkukels begrijpen niet dat als je 5% openhoudt iemand ook daadwerkelijk weer een nieuwe bundel kan bestellen. Je draait je eigen handel de nek om. Na een uur prutsen… Morgen weer een loopdag naar het prachtige Fribourg.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Maak een website of blog op WordPress.com

%d bloggers liken dit: