24 augustus. Dag 8. Groesbeek – Middelaar – Milsbeek – Vierlingsbeek 45,5 Totaal 243k.
Ik zit een half uur om gewoon maar eens te genieten en te eten en drinken. Is dat voor het eerst dit avontuur? Een zweverig typje komt voorbij. PP (slang voor PieterPad)? Ze antwoordt van ja en gaat helemaal zweverig op me. Heeft ze zitten blowen of zijn het pillen? Ik lach vriendelijk… En doorrr…
Via een bospad kom ik in Smakt. Een Zakenrelatie woonde hier. Tot mijn spijt is de kerk dicht maar restaurant het pelgrimshuis verleent stempels . De derde in totaal en tweede van de dag. Ik ben helemaal blij en besluit hier meteen maar wat te eten. Wat je in je buik hebt, kun je maar mee hebben. Ik app mijn lieve trailpapa en mama Cor en Geraldine of ze langskomen voor een drankje. Ze zien het te laat. Als ik alweer een uur loop krijg ik reactie. Geraldine pikt me op.
Net daarvoor doorkruis ik het heidegebied na Smakt op weg naar Oostrum. Iedere duinpalm schat ik in op slapen. Matras op het zand en lekker liggen, totdat Geraldine appt.
Toch zit er een rare vertraging richting wildkamperen. Is het angst? Nee, ik ben niet bang en tegelijkertijd zijn dit twee basisbehoeften uit Maslov… heb ik te eten en heb ik een veilig onderkomen? Als je een tent op de rug draagt is dat onderkomen er altijd en op iedere plek en toch ben je als je niet uitkijkt het tweede deel van de dag steeds bezig met de vraag waar je de nacht gaat doorbrengen.
Cor en Geraldine regelen die avond alweer nieuwe adressen voor onderweg. Ze kennen trailrunners door het hele land, in mijn geval zo ongeveer na elke 50 kilometer. Zo weten ze een leuke camping in Reuver en kan ik de nacht erna in Stein bij Elly, de moeder van Cor slapen. Ze gaat snel een nieuwe beanie voor me breien want de oude ben ik kwijt en ze maakt zuurvlees voor me…
Cor vertelt en passent over het ontstaan van het Pieterpad. Twee vriendinnen wilden elkaar graag zien en besloten naar elkaar toe te lopen om elkaar ergens in het midden te treffen. Aldus ontstond het Pieterpad. Toch eens uitzoeken. Eerst een heerlijk nachtje tukken in een warm bed in Hegelsom.
25 augustus. Dag 9. Oostrum – Venlo – camping Natuurplezier. 47k. Totaal 290k.
Om 8 uur is het koffie in huize Trailrunnen.nl. Geraldine is een zorgzame lieverd. Of ik al een zakmes heb? Ja. Of ik al ziplockbags heb? Ja. Of ik koffie mee wil? Ja! Ze heeft mooie zakjes koffie die je als filter op je mok kan zetten. Ze worden verkocht door een bobsleeteam dat daarmee deelname een de Olympische spelen financiert. Ik krijg vijf zakjes koffie in toch een ziplockbag. Of ik fruitjes wil? Hoe kan ik haar weerstaan? Ik krijg een zak druiven en bessen nee en een zak dadels. Fokkie is er klaar voor en wordt afgezet bij het krijtstreepje je van gisteren.
Ik heb gisteren een bordje gemist en het kost me vijf kilometer om in Meerlo de route weer op te pakken. De druiven en bessen zijn kwetsbaar dus die peuzel ik meteen op. Note to self: druiven en bessen laxeren.
In Meerlo loop ik door de poort van een oude boerderij waar het Pieterpad onderdoor voert. Overal zandzakken als stille getuigen van eerdere wateroverlast.
Voor Tienray loop ik langs een prachtig stromend beekje. Ergens achter een boerderij een kleine kast langs het pad waar perensap van eigen land wordt verkocht. Heerlijk! Ik koop een fles voor drie euro die ik direct zittend op een bruggetje opdrink met de benen bungelend boven de beek
Note to self: een liter perensap laxeert. Note to self: druiven, bessen en perensap is een dodelijke combinatie. Gelukkig volgt na Swolgen een prachtig, dichtbegroeid bos. Iets verder tref ik gelukkig Huys Kaldenbeoek, voor puur leven, een hemelse oase die Nepalese sferen ademt. Ik bestel een Passie want dat is goed voor maag- en darmproblemen. Briljant zo na de perensap. Ik ben een rennende mixer.
De kilometers glijden er redelijk onderdoor en al snel ben ik voor Grubbenvorst waar ik een pontje moet hebben. Het is een open stuk land met pijnbomen en cipressen (ofzo..) dat zo uit Toscane lijkt weggeplukt. Als er al iets tegenzit vandaag dan is het dat het net zo moordend heet is als in Spanje. Ik loop helemaal leeg.
In Grubbenvorst haal ik een bak yoghurt, een fles cola en 2 broodjes. Als ik de yoghurt op heb en via mijn vingers de bak schoonlik gebeurt er iets raars. Er komt een kerel langs die zegt: gie goat toch nie oe vingers opvreate!? Wat zegt ie me nou! Duidelijk is dat ik een taalgrens ben gepasseerd. Even wennen.
Na de pont loop ik een routeverantwoordelijke tegen het lijf die me bevraagd over de duidelijkheid van de route. Laat niets te wensen over. Ik heb niets eens een boekje. Hij is zichtbaar opgelucht. Dan loop ik enkele kilometers met een leuk stel op door de uiterwaarden van de Maas richting Venlo. Ik verlies ze uit het oog als ik mijn derde stempel haal bij een restaurant.
Het is bloedheet en ik slenter wat apathisch door het centrum van Venlo. Nog 13k maar ik ben wel klaar. Naast de kerk het Paterke, een gezellige herberg met dito terras waar ik even de benen rust geef met een biertje uit eigen huis.
Daarna gaan de sokken erin. Als je geen zin meer hebt niet je harder lopen. Via de buitenwijken van Venlo beland ik weer in het bos. De laatste zes kilometer gaan over de Kaldenberger Grensweg. Links van me stenen palen die de grens markeren. De weg volgt een natuurlijke heuvelkam en is bij tijd en wijle adembenemend mooi met vergezichten over de uitgestrekte bossen en tegelijk afgronden waar trailrunners uitstekend hun hoogtemeters kunnen trainen.
Ik ben blij als ik het bos uitrol en meteen twee terrassen zie waar ik kan ontspannen na het opzetten van mijn tent. De camping is prachtig en ligt aan het Pieterpad. Morgen weer ongeveer 47k naar Elly. Ik krijg een nieuwe muts!












Geef een reactie