3 dagen voor vertrek. Kom uit de wachtkamer en volg je helden!

Op de vraag waarom ik sportieve expedities ben gaan ondernemen zijn veel antwoorden mogelijk. Allereerst maakt het je hoofd leeg als je hoofd een vrij dominant apparaat op je romp is. Lopen, fietsen en klimmen zijn uitstekende manieren om letterlijk te aarden. Expedities zijn een vorm van meditatie.

Ik ben daarnaast altijd gefascineerd geweest door de heroïsche verhalen van ontdekkingsreizigers die ondanks alle hardships doorzetten. Shackleton en zijn poolodyssee, mijn idool sir Ranulph Fiennes die werkelijk alles heeft gedaan wat mogelijk is, poolreiziger Pen Hadow en het gruwelijke overlevingsverhaal van Joe Simpson die door zijn maat voor dood wordt achtergelaten in het indrukwekkende boek ‘Over the edge’.

Daarnaast is het bezoeken van extreme, afgelegen plekken als de Sahara of het poolijs een vlucht uit de maatschappij. Met lede ogen zie ik dingen om me heen gebeuren waar ik me moeilijk bij kan neerleggen. Het hoofd ziet alles en overdenkt het. De mens heeft de neiging haar omgeving te domineren, in de bergen lukt dat niet, daarom ben ik zo graag. Ik ben er te gast, word heel even getolereerd. Eenmaal weg wordt het stil en kan ik beter bij mijn gevoel.

Als je eenmaal een zware expeditie hebt gedaan en de beste versie van jezelf bent geweest, geeft dat een kick en doet verlangen naar meer. Het maakt het lastiger te aarden in Nederland.

Het maakt eenzaam want veel – in de ogen van anderen – gekke dingen kun je niet delen. Er zijn vrijwel geen mensen met hetzelfde referentiekader.

Toen ik begin vorig jaar terugkwam van een half jaar rennen naar Santiago en terugkeerde in de beschaafde wereld, was dat op zijn zachtst gezegd een beetje wennen. Klimmer Bear Grylls zegt het treffend na zijn terugkeer van de Mount Everest: ‘As in the nature of adventure, you return home having trodden soms fine lines, and nothing ever seems to have changed. Buses smell, newspaper men blurt out the headlines and people get in panic if milk is a day old – but it is this continuity of life that makes it so good to return to.’

Zeker de eerste weken waren een worsteling. Het contrast tussen een trail volgen en weer een leven opbouwen in bezigbijtje-Nederland had niet groter kunnen zijn. Het maakt dat ik de eerste maanden ontheemd en overprikkeld rondrende. Een coach bracht verlichting.

Wat gaan we in Nederland allemaal hard! En wat moeten we veel! Ik heb destijds meer dan 100 dagen geslapen in verlaten hotelletjes, bushokjes, op kampeertafels, in bossen en in blokhutten. Meer dan 100 dagen geen computer en e-mail. Meer dan 100 dagen nauwelijks mensen gesproken. Meer dan 100 dagen geen enkele verplichting behalve blijven leven.

We kunnen best stellen dat ik een contactloze professionele zwerver was zoals ik dat in mijn jeugd wilde worden. Toch heb ik juist door dat vrije bestaan de waarde van een veilig thuis leren kennen, een herwaardering van het bestaande zoals het warme bad, het koffieapparaat en de warmte van een kachel.

Het is nuet verwonderlijk dat ik weer opboad ga. Ik voel me bevoorrecht dat ik heb kunnen doen wat ik gedaan heb. Het achter elkaar zien van zoveel natuur, gebieden, gebergten en zelfs landen. Ik doorkruiste Aragon, Navarra, Rioja, Galicie, dat moet je een keer in je leven gewoon doen.

Veel mensen hebben me voor, tijdens en na mijn tocht voor gek verklaard omdat ik toch steeds zo heb moeten afzien. Ik heb echter nooit afgezien, de hele trip was totaal binnen mijn comfortzone. Het zwerven en struinen zit deze pelgrim in het bloed.

Ik heb een aantal inspiratiebronnen die ik steeds weer zie terugkomen op mijn pad. Zo is er de Franse avonturier Sylvain Tesson die tevens een zeer begenadigd schrijver is. Alle zinnen die hij neerschrijft, zijn juweeltjes die de zintuigen strelen. Hij verbleef voor zijn veertigste verjaardag een half jaar in een blokhut in Siberië en schreef er prachtig over. Ook trok hij als pelgrim door de verlaten binnenlanden van Frankrijk en schreef ‘Ongebaande paden’.

Mijn voornaamste voorbeeld is sir Ranulph Fiennes. Hij deed noordpool, zuidpool, Everest, Eigerwand, de aarde rond via een meridiaan en liep 7 marathons in 7 dagen op 7 continenten.

Het zijn beide voorbeelden van de Renaissance-individuen die op vele vlakken naast elkaar het beste uit zichzelf hebben gehaald. Ze vertegenwoordigen de homo universalis die op alle vlakken thuis is. Dat is meteen de kick van een poolexpeditie, na afloop weet je alles van satellietcommunicatie, omgaan met kou, ijsbeermanagement, positiebepaling en navigatie en simpelweg overleven op een plek die bijna te onherbergzaam is voor menselijk functioneren.

Deze mannen hebben naast hun expedities invulling gegeven aan zingeving door veel geld op te halen voor goede doelen. Ook dit probeer ik te doen door mensen met een beperking te trainen voor expedities waarin ze graag willen laten zien wat ze allemaal nog wel kunnen, dat ze volwaardig lid zijn van de maatschappij. Mensen met niet aangeboren hersenletsel die een triatlon doen, mensen met MS die de vierdaagse lopen, een loper met Diabetes naar de finish van zijn eerste marathon coachen, iemand met chronische pijn weer vertrouwen in het lijf geven, fondsen binnenhalen voor iemand die al jaren op bed ligt met chronische Lyme. Het heeft betekenis en geeft het leven zin.

Toehoorders van mijn lezingen zeggen vaak dat ik een extreemsporter ben, maar dat ben ik juist niet. Ik heb bedrijfseconomie gestudeerd en als ondernemer en zzper maak ik soms een uitstapje naar avonturenland.

Voor mij is het de sport jezelf een missie op te leggen en vervolgens die klein te maken en in beweging te komen. Je traint alle risico’s eruit en gaat dan op verantwoorde wijze het avontuur aan. Niet het avontuur is de missie, maar veilig terugkeren op Schiphol, een nuanceverschil. Het betekent dat je mag falen, mag omdraaien als je dat goeddunkt. Die berg of Pool ligt er morgen nog steeds. Falen is essentieel voor succes! Falen is een voorwaarde.

Mijn avonturen zijn dus ook niet extreem. Ik zoek een uitdaging voor mijzelf en ben niet bezig met hetgeen anderen hebben gepresteerd. Ik wil alleen in de voetsporen van sir Ranulph Fiennes laten zien dat het kan.

Ik denk dat mensen zoveel meer kunnen dan ze zelf ooit voor mogelijk houden. We zien beren op de weg die knuffelberen blijken en een grens blijk je vaak nog vijf keer blijkt te kunnen overschrijden voor je in de buurt van je maximum komt.

De kunst is jezelf bij herhaling uit te dagen om op de toppen van je kunnen te presteren. Het is net als trainen, een spier wordt pas sterk als je hem blijft uitdagen. Ik gun dan ook iedereen eenmaal in zijn leven zijn eigen pelgrimage, expeditie of monsteruitdaging.

Ga het aan en kijk eens wat het je brengt. Belangrijk is in ieder geval dat je iets doet waar je blij van wordt en wat je gelukkig maakt. Dat is de enige graadmeter die van waarde is. Wat anderen vinden doet er niet toe. Het aantal keren dat ik al heb gehoord dat ik niet spoor, gek ben en iets mankeer past niet in een boek.

Ik denk dat we vaak maar door het leven dobberen en vergeten de golven te pakken. Pas dan wordt het leuk en voel je de elementen in je gezicht. Hoeveel mensen ken jij die in de wachtkamer van hun leven zitten? Wie zijn jouw helden?

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Maak een website of blog op WordPress.com

%d bloggers liken dit: